Burgerschap in het mbo

Opnieuw een opdracht tijdens een bijeenkomst met Daphne uitgevoerd. De vorige keer was de eerste keer dat we samen gewerkt hadden. En dat beviel prima dat we opnieuw besloten hebben op een opdracht samen uit te voeren.

Dit keer ging het om een document op te stellen wat wij als docent aan burgerschap doen tijdens onze lessen. Tijdens bijeenkomst 10 hebben we hier al over gesproken en dit keer is de nadruk gelegd op de verdieping hierin en wat de overheid stelt wat onder burgerschap verstaan wordt en welke 4 dimensies hier maat voor zijn.

Op de website https://burgerschapmbo.nl/beleid-en-regelgeving/ staat precies vermeld welke dimensies dit zijn en wat hieronder verstaan wordt. Globaal gaat het hierom:

• Politiek-juridische dimensie.
• Economische dimensie.
• Sociaal-maatschappelijke dimensie.
• Dimensie vitaal burgerschap.

Wat mij vooral intrigeerde is hoe de verschillende mede-studenten hiermee omgaan binnen hun eigen lessen. De klas dicteert wat op welke manier in welke vorm deze 4 dimensie naar voren komen.

Daarnaast hebben sommige scholen een docent burgerschap om dit te doceren.
Mijns inziens gaan de scholen er op verschillende manieren mee om, zolang deze 4 dimensies maar onderdeel van het lesprogramma uit maken. En ik ben er zelf wel van overtuigd dat les geven primair moet zijn, hiermee bedoel ik het vak inhoudelijke en niet het burgerschap. Er moet een gezonde verhouding qua tijd zijn om de les te vullen met burgerschap en niet primair zijn. Zolang burgerschap secundair is moet er een voldoende veilige omgeving voor de leerlingen zijn om op een goede manier onderwijs te krijgen in het vak waar zij op dat moment in de klas voor zitten. Mocht deze verhouding verstoord raken moet de docent een keuze maken om hier op een goede manier mee om te gaan. Uit recente ervaring kan ik spreken dat het wel eens voorkomt dat een bepaald (burgerschap) onderwerp toch even meer tijd nodig heeft om te bespreken, zodat er een afronding hierover kan plaatsvinden. Zonder afronding zal ik de klas niet in staan krijgen om met het vak te starten. Als docent ben ik ervoor verantwoordelijk om dit goed te begeleiden.
En in sommige gevallen moet ik terugvallen op het gedrag protocol (beschreven in een eerder post) welke we samen hebben afgesproken.

Hetgeen wat Daphne en ik hebben samengesteld tijdens de bijeenkomst is hieronder terug te lezen: